Fluent Fiction - Dutch: Mystery in the Roastery: Unveiling Coffee's Hidden Story
Find the full episode transcript, vocabulary words, and more:
fluentfiction.com/nl/episode/2025-02-06-23-34-02-nl
Story Transcript:
Nl: Op een koude winterochtend dwarrelden sneeuwvlokken zachtjes naar beneden, terwijl binnen in de koffiebranderij de geur van versgebakken koffiebonen de lucht vulde.
En: On a cold winter morning, snowflakes gently drifted down, while inside the koffiebranderij the aroma of freshly roasted coffee beans filled the air.
Nl: Anouk stond achter de houten toonbank, haar handen gewikkeld om een warme kop koffie.
En: Anouk stood behind the wooden counter, her hands wrapped around a warm cup of coffee.
Nl: Ze hield van de rustige charme van de roastery, waar de muren waren bekleed met juten zakken koffiebonen en het zachte gezoem van industriële machines hen omhulde.
En: She loved the calm charm of the roastery, where the walls were lined with burlap sacks of coffee beans and the soft hum of industrial machines enveloping them.
Nl: Die ochtend bedacht ze zich dat Sven, de manager van de koffiebranderij, altijd zijn lijst met taken had.
En: That morning she realized that Sven, the manager of the koffiebranderij, always had his list of tasks.
Nl: Hij was bezig met het controleren van de nieuwe lading koffiebonen die net vanuit Zuid-Amerika was gearriveerd.
En: He was busy inspecting the new shipment of coffee beans that had just arrived from Zuid-Amerika.
Nl: Terwijl hij een van de juten zakken opende, viel er plotseling iets op de grond.
En: As he opened one of the burlap sacks, something suddenly fell to the ground.
Nl: "Wat is dit?"
En: "What is this?"
Nl: mompelde hij, terwijl hij een klein, gekreukt papiertje opraapte.
En: he muttered, picking up a small, crumpled piece of paper.
Nl: Anouk's nieuwsgierigheid werd gewekt.
En: Anouk's curiosity was piqued.
Nl: "Wat heb je daar?"
En: "What do you have there?"
Nl: vroeg ze, haar ogen die van spanning glinsterden.
En: she asked, her eyes sparkling with excitement.
Nl: Sven bladerde door de rest van de zakken, terwijl hij het papier aan Anouk overhandigde.
En: Sven flipped through the rest of the sacks while handing the paper to Anouk.
Nl: "Het is gewoon een stuk papier," zei hij, zijn stem onverschillig.
En: "It's just a piece of paper," he said, his voice indifferent.
Nl: Maar Anouk zag de krabbels.
En: But Anouk saw the scribbles.
Nl: Ze waren ongewoon.
En: They were unusual.
Nl: Een reeks vreemde symbolen en een paar woorden in een handschrift dat moeilijk te lezen was.
En: A series of strange symbols and a few words in handwriting that was difficult to read.
Nl: Anouk voelde een vonkje van avontuur in haar.
En: Anouk felt a spark of adventure in her.
Nl: Ze wilde weten wat het betekende.
En: She wanted to know what it meant.
Nl: "Misschien is het een aanwijzing," zei ze optimistisch.
En: "Maybe it's a clue," she said optimistically.
Nl: "Een puzzel!"
En: "A puzzle!"
Nl: Sven zuchtte en haalde zijn schouders op.
En: Sven sighed and shrugged.
Nl: "Ik weet het niet, Anouk.
En: "I don't know, Anouk.
Nl: Het kan ook gewoon rommel zijn."
En: It could just be junk."
Nl: Toch liet Anouk het niet los.
En: Still, Anouk didn't let it go.
Nl: Ze nam de note mee naar huis, bestudeerde het grondig en surfte online naar vergelijkbare tekens.
En: She took the note home, studied it thoroughly, and surfed online for similar signs.